Inleidende lezing bij de tentoonstelling in het Groninger museum door kunsthistoricus Margaret Breukink.

Over de tentoonstelling in het Groninger Museum
Weinig mensen weten dat het Groninger Museum ooit een van de grootste tentoonstellingen van Vincent van Gogh heeft gehad. Eind 19e eeuw bloeide Groningen met nieuwe gebouwen en ideeën. De stad kreeg een nieuw hoofdstation, de bevolking groeide, de Stadsschouwburg werd gebouwd, en het Groninger Museum voor Oudheden ontstond.

In 1896 en 1897 organiseerden zes studenten van de Rijksuniversiteit Groningen, waaronder de beroemde historicus Johan Huizinga, acht baanbrekende tentoonstellingen in het Groninger Museum. Dit was een keerpunt voor de moderne kunst.

In de tentoonstelling “Hoe Van Gogh naar Groningen kwam” komen personages vol durf en experiment tot leven. Werk van Jan Toorop, Belgische symbolisten en Franse prentkunstenaars zoals Henri de Toulouse-Lautrec, wordt getoond. Johanna van Gogh-Bonger, Vincent’s schoonzus, speelde een sleutelrol; de 128 Van Gogh-werken kwamen grotendeels uit haar collectie.

Invloedrijke hoogleraren zoals Gerard Heymans begonnen op advies van kunstkenner H.P. Bremmer Van Gogh’s werk te verzamelen. Docenten van kunstacademie Minerva zagen het belang van Van Gogh en inspireerden de kunstenaars van De Ploeg. Dit gaf een essentiële impuls aan het kleurrijke De Ploeg-palet.

De kosten van € 12,50 zijn inclusief een kopje koffie of thee.